Lisette Verkerk in Peru

HZG 180 De rijkdom van Peru – deel 7

De dieren en de aardappel

De dagelijkse werkzaamheden van de hooglandindianen draaien om de productie van de aardappel, de basis van elke Peruviaanse maaltijd. Ook het verzorgen van de dieren staat in dienst van de aardappel, want voor een goede aardappel oogst is het noodzakelijk om de arme gronden te bemesten met de keutels van de alpaca’s, lama’s en schapen. Daarnaast dienen de dieren als lastdier en geven ze de hooglandindianen vlees en wol die verwerkt wordt in de traditionele klederdracht en producten voor dagelijks gebruik zoals zakken om de aardappels in te vervoeren en touwen om deze op de rug van de lama vast te binden.

Wol knippen met een wolschaar

In de regentijd, die doorgaans begint in de maand november en duurt tot april, wordt de wol van de alpaca’s geknipt. Een natte vacht is zwaar en koud en maakt het dier vatbaarder voor het oplopen van ziekte. Met het knippen van de wol van de zwangere merries wordt gewacht totdat het veulen geboren is. Het vangen van het dier kan namelijk behoorlijk stressvol zijn en een vroeggeboorte opwekken.

de dieren 1 knippen van de wol 1 alpacavacht 1 haslversiering voor veulen 1

Voor het knippen van de wol wordt de kudde bij een gedreven in een kraal. Op de stenen muur liggen de rode poncho’s van de mannen om af te schrikken en te voorkomen dat de dieren één voor één ontsnappen. De dieren zijn alert, met hun oortjes rechtop, houden ze elke beweging in de gaten daarbij communicerend door een zacht hummen. Een dier wordt uitgekozen, apart gedreven en vervolgens gevangen. Met kracht wordt het dier tegen de grond gedrukt waarna de poten kruislings worden vastgebonden met een gevlochten touw van alpacawol. Aan de oren wordt het dier stevig vast gepakt waardoor het rustig blijft liggen. Zodra de kop vrij spel heeft, begint het dier wilde bewegingen te maken in een poging te ontsnappen. Hierbij kan het dier zich verwonden. In het verleden werd de wol gesneden met een mes maar vandaag de dag zijn er steeds meer families die de wol knippen met een eenvoudige wolschaar. Het knipproces is teamwerk en vaak is de hele familie aanwezig om te helpen. Een houdt de oren vast, de ander knipt de hals, kop en poten en weer een ander het lijf, kant voor kant. Tussendoor wordt het dier omgedraaid. Korte stugge plukken worden gescheiden van de goede kwaliteit wol die in stevige strengen in elkaar gedraaid wordt. De restanten worden verbrand.

Tegen de kou laat men een beetje wol staan. De hengsten en dan voornamelijk de sterkste hengst, houdt een pluk wol op de borst om aan te geven dat hij de leider is van de kudde.

Traditioneel ontvangen de dieren na het knippen een halsversiering met pomponnen aan een gevlochten ketting. De veulens dragen een bel in de pompon.

Spinnen van de grovere wol met een spinstok

De grovere kwaliteit wol wordt gesponnen op een stokje. Spinnen met de spinstok is een primitieve manier van spinnen en gebeurt door de mannen. Als spinstok gebruiken de hoogland indianen het liefst een tak van de Llaulli, een stekelige struik met prachtige fel roze bloemen gevormd als een kleine trompet. Llaulli is de naam in het Quechua, de oude indianen taal die nog veel gesproken wordt in de hooglanden. De Latijnse naam is Barnadesia Horrida.

Vooral de jonge takken worden gebruikt als spinstok. Deze zijn sterk en recht. De prachtige bloemen van deze struik zijn de inspiratie geweest voor het liefdeslied Yaulillay.

El amor es una planta | De liefde is een plant 

Llaullillay 
Que crece y se marchita | Die groeit en verwelkt 
Llaullillay 
Bajo las sombras | Onder de schaduwen 
de un mal pago | van een slechte behandeling

Llaullillay

Het spinnen op een spinstok gaat als volgt: Houd het stokje in een hand. Neem in je andere hand de wol. Aan het uiteinde van het stokje bevestig je het begin van de pluk wol door deze vast te houden met je vingers. De wol draait in elkaar tot een draad door het stokje rond te draaien alsof je in een pan soep roert. Tegelijkertijd draait het stokje rond in je vingers en wordt de gesponnen draad op het stokje gewonden.

Gevlochten touwen van alpacawol

De dikke draden worden getwijnd op een zware spintol tot een stevige draad die gebruikt wordt om sterke touwen te vlechten; platgevlochten, rondgevlochten en vierkantgevlochten.

Deze touwen worden gebruikt om de dieren vast te zetten, om de poten vast te binden tijdens het knippen of de slacht maar ook om vracht op de rug vast te binden.

lama's dragen de aardappeloogst 1 vastgebonden poten 1 jongetje 1

Tijdens het transport van de gerooide aardappels dragen de sterke lama hengsten imposante halsversieringen met pomponnen en bellen. Ook deze zijn gemaakt van de kunstig gevlochten touwen en zijn aan het uiteinde versierd met een kleurrijke kwast. De sterke dieren lopen voorop en wordt vergezeld door de jonge mannen uit de dorpsgemeenschap. De overige dieren en ouderen dorpsbewoners volgen de leiders. Het luidde klingelen van de bellen kondigt de dieren en mannen aan die met een enorme vaart de berg af komen gestormd om de aardappeloogst naar huis te vervoeren. De aardappels worden vervoerd in prachtig geweven zakken van alpacawol. Bij het huis aangekomen worden de aardappels op een berg bij elkaar gegooid en afgedekt met berggras om te voorkomen dat ze bevriezen in de koude nacht. Later worden de aardappels geselecteerd, en een deel gevriesdroogd volgens de oude Inca methode.

Bekijk het volledige artikel met de foto’s 

Categorie: Blogs - geschreven door Lisette op 11 januari 2014 om 18:19