Lisette Verkerk in Peru

HZG 176 De rijkdom van Peru – deel 3

Traditionele klederdracht in het Andesgebergte, in de regio Lares

Tekst en foto’s Lisette Verkerk

De textieltradities in het Peruaanse Andesgebergte zijn eeuwenoud. De handgeweven kleding is een uitdrukking van de cultuur, geschiedenis en de persoonlijkheid van de weefster. Buiten de symboliek die van generatie op generatie wordt doorgegeven, laten de weefsters zich inspireren door het dagelijks leven en de directe leefomgeving: het landschap, de flora en fauna maar ook door de cultuur.

De traditionele klederdracht verschilt in symboliek, afmeting en kleurgebruik per regio, zelfs per bergdorp. Vroeger was het verboden om de symboliek uit een andere regio te kopiëren. De hooglandindianen kleedden zich uitsluitend met de dieren, vogels en planten die kernmerkend waren voor hun directe leefomgeving. Tegenwoordig worden de diverse kleding stijlen volop gekopieerd en gecombineerd en is de traditionele klederdracht zelfs mode gevoelig.

In de loop der tijd is er onder de bevolking veel kennis verloren gegaan over de tradities en de traditionele klederdracht. Gelukkig hebben de oudere bewoners deze kennis vaak nog wel. Steeds vaker is men zich er van bewust dat de traditionele kleding een belangrijk onderdeel is van de identiteit en de cultuur en wordt deze bestudeerd en onderwezen aan de hooglandindianen.

 

lytebox  kinderen in Patacancha  oudere vrouw in traditionele kleding

Bergdorpen in de regio Lares

De hier getoonde foto’s zijn grotendeels genomen in de regio Lares, ten noorden van de stad Cusco. De bergdorpen in deze regio hebben prachtige Quechua namen zoals Patacancha, Huacahuasi, Quishuarani en Lares.

De traditionele klederdracht in deze regio is erg kleurrijk, met veel rood en oranje. Dit stamt uit de tijd dat de Spanjaarden het land veroverde en grootgrondbezitters van Spaanse afkomst bezit namen van de dorpen en het land. In deze regio hebben de oorspronkelijke bewoners toentertijd fel gevochten voor hun vrijheid. Het rood en oranje staat symbool voor het bloed dat tijdens de gevechten rijkelijk heeft gevloeid.

Vooral de vrouwen in deze regio gaan traditioneel gekleed en dragen schitterend geweven omslagdoeken die rijk versierd zijn met dierfiguren zoals de condor, kolibrie, alpaca, lama en het paard. Daarnaast zijn er bloemachtige figuren te herkennen, deze verbeelden niet alleen de bloemen maar ook de sterren of de akkers waarbij ieder bloemblad staat voor een van de gewassen die verbouwd worden of de afdruk van een poema of lama poot, en geometrische figuren zoals zigzag figuren die de slang of de rivieren verbeelden of een ruit vorm die de bergmeren of het oog van de dieren voorstelt.

Een ding hebben al deze figuren gemeen: Ze roepen voor de hooglandindiaan het beeld op van de hoge bergen, de valleien, de uitgestrekte hoogvlakte, de rivieren, de bergmeren, de akkers of de drassige weidevelden met de kudden lama’s en alpaca’s, kortom de natuurlijke leefomgeving van de hooglandindianen.

cholita  jong paar in traditionele kleding in Patacancha  poncho Huacahuasi  marktdag in Lares

Weefvaardigheden

De hooglandindianen beoordelen tot op heden de kwaliteiten van een vrouw aan de hand van haar weefvaardigheden. Naast het huishouden dat voornamelijk bestaat uit koken, is het vervaardigen van de traditionele kleding een van de belangrijkste taken van een vrouw. Aan het maken van de kleding wordt dan ook met veel liefde en geduld gewerkt.

Elk jaar maakt de vrouw voor ieder lid van haar gezin een nieuwe set kleding. Voor haar man en zonen weeft ze een poncho en voor zichzelf en haar dochters een omslagdoek en rokband. Het weefwerk uit deze regio is zo complex dat het vele jaren kost om de verfijnde en gedetailleerde patronen in de vingers te krijgen.

De felgekleurde traditionele kleding van de hooglandindianen steekt sterk af tegen het kale berglandschap. Vooral jongeren die nog geen partner en/of gezin hebben gaan kleurrijk en uitbundig gekleed. De ouderen dragen veel soberder kleuren.

De vrouwen dragen een rok, ‘pollera’, gemaakt van ‘bayeta’, een handgeweven stof van schapenwol. Deze wordt versierd met een geweven rokband, ‘golon’, in vrolijke kleuren. De geometrische patronen zijn geïnspireerd op de landbouw terrassen in het hooggebergte.

In de regio Lares is de band breed, soms zo breed dat er maar weinig meer zichtbaar is van de zwarte bayeta, de kleuren rood en oranje overheersen. In de regio Pisac is de band veel smaller en heel divers van kleur, de zwarte bayeta is rijk versierd met geborduurde patronen. In de regio Ausangate en Chinchero is de band smal en rustig van kleur.

Veel onderrokken

Hoog in het Andesgebergte dragen de vrouwen meerdere onderrokken, soms wel 7 om zich te beschermen tegen de kou. Deze zijn van katoen met een kanten rand maar er zijn ook gebreide onderrokken te koop op de lokale markt. Daaroverheen worden minstens twee polleras gedragen. Op feestdagen dragen de vrouwen tot wel 15 rokken over elkaar! Terwijl de vrouwen lopen dansen de rokken sierlijk om haar benen.

Daarnaast dragen de vrouwen fel gekleurde acryl truien en een vest in een andere felle kleur. Vaak dragen ze meerdere truien en vesten over elkaar heen. Daar weer overheen dragen ze een prachtig geweven omslagdoek, ‘lliclla’, die multifunctioneel is. De omslagdoek wordt gebruikt als versiering, jas, deken en rugzak. Op de markt wordt de koopwaar erop aangeboden en de kinderen worden er in gedragen. Soms worden er meerdere doeken over elkaar gedragen, een voor het kind en een voor de spullen. De doek wordt aan de voorkant vastgezet met een stevige knoop of speld. Voor het vervoer van spullen in de bus worden de vier punten van de doek vastgeknoopt waardoor er een compacte bundel ontstaat die eenvoudig mee te nemen is.

Versierde hoedjes

Op het hoofd dragen de vrouwen een hoedje. In de regio Lares maar ook in Chinchero dragen de vrouwen een ‘montera’ gemaakt van een stevige gras soort. In het bergdorp Huacahuasi wordt deze vaak uitbundig versierd met fel gekleurde bloemen en veiligheidsspelden. Omdat de brede band die er voor zorgt dat de hoed op het hoofd blijft staan goed zichtbaar is, wordt deze rijk versierd met kleurrijke glaskraaltjes. In de regio Pisac dragen de vrouwen een platte hoed, ‘lapha’, met een rand van bayeta in een felle kleur zoals geel, oranje of rood. Door de overhangende flap stof die het zicht ontrekt aan de band, is deze veel eenvoudiger. De smal geweven band wordt vaak versierd met witte glaskraaltjes. Soms wordt dit type hoedje gedragen met meerdere geweven banden.

Aan hun voeten dragen de hooglandindianen sandalen gemaakt van gerecyclede autobanden, ‘ajotas’. Deze zijn goedkoop en heel duurzaam.

Chullomuts

De mannen dragen steeds vaker een mix van moderne, westerse kleding en traditionele klederdracht. Vooral trainingsbroeken en voetbal shirts zijn populair. Oudere mannen dragen nog altijd een broek van handgeweven bayeta in de natuurlijke kleur schapenwol, crème / wit.

Opvallend aan de klederdracht van de mannen is de handgeweven poncho en de gebreide chullomuts. Over de chullomuts dragen de mannen een vilten hoed, ‘sombrero’. In de regio Lares is dit een hard bolhoedje dat door de eigenaar zelf versierd wordt met gekleurde linten.

Net als het hoedje bij de vrouwen verschilt het model chullomuts sterk per regio. In de regio Lares heeft de muts vanaf de oorkleppen twee geweven banden die net onder de kin met een steekje zijn vastgezet, deze banden zijn rijk versierd met glaskraaltjes, in Pisac is de chullomuts versierd met knoopjes, in de regio Ausangate met witte glaskraaltjes en enorme pomponnen en in Chinchero is de jaarlijkse landbouw kalender in de patronen verwerkt.

Over de gebreide en gehaakte kindermutsjes meer in HZG 177!

Bekijk het artikel en de foto’s 

Categorie: Blogs - geschreven door Lisette op 12 april 2013 om 16:34